Zoeken in deze blog

vrijdag 31 oktober 2025

De verkiezingsuitslag is voor Gl-PvdA rampzalig. Wat gedachten op een rij gezet.

De keuze voor Timmermans was in 2023 al problematisch, en met het bekende gezegde over de ezel en de steen in gedachte, had dit niet herhaald mogen worden. Zeker, hij had dit jaar een scherper, oppositioneler optreden in de TV-debatten dan in 2023. Toen was hij alleen maar bezig om Omtzigt het hof te maken. Nu zocht hij meer de confrontatie met de VVD en af en toe CDA en D66. Maar daarmee kon hij niet zijn lage waarderingscijfers repareren. Telkenmale werd hij daarmee geconfronteerd en zijn verweer dat links nu eenmaal in het rechtse verdomhoekje zit, was weinig overtuigend. Juist een groot aantal kiezers in het midden, én de twijfelaars moesten naar links worden getrokken; ook onder die groepen genoot hij weinig aanzien. Zelfs onder GroenLinks kiezers scoorde Jetten hoger als premier-kandidaat.

Tiktok Jetten

Jetten was de gamechanger. 20% van de D66 stemmers, stemde in 2023 op GL-PvdA! Dat zijn zo’n 5 zetels. Jetten was in veel de frisse, tiktokkerige tegenpool van Timmermans. Maar hij was vooral ook de anti-Wilders. Veel meer dan Timmermans. Niet zozeer op inhoud, maar vooral in het behendig inspelen op de breed levende gevoelens dat Wilders met zijn geschamper en haatpreken het politieke klimaat heeft verpest. Hopelijk gaat kiezersonderzoek duidelijkheid scheppen over de vraag of dit zoveel GL-PvdA kiezers deze overstap hebben doen maken.

Complimenten voor Wilders

Overigens zag ik met ergernis in de TV-debatten dat Wilders steeds werd ingewreven dat hij een wegloper was en er een puinhoop van had gemaakt. Met daarbij Faber als dankbaar kop van jut. Ook Timmermans deed daar aan mee. Waarom niet eens duidelijk stellen dat we Wilders dankbaar moeten zijn -en hem dus een compliment geven - dat hij er een puinhoop van heeft gemaakt? Het zou toch een ramp zijn als zijn racistische politiek wél was uitgevoerd?

 Fusiepartij een doodlopende weg?

Was de uitslag beter geweest als PvdA en GL apart aan de verkiezingen hadden deelgenomen? Oftewel: is de fusiepartij een doodlopende weg? Mijn bezwaren tegen de fusie heb ik al vaak in mijn blog naar voren gebracht. Zoals het gevaar dat het negatieve imago van de PvdA (om het scherp te stellen: een compromissen partij van Haagse plucheplakkers die hun traditionele achterban heeft verraden) op de fusiepartij gaat plakken. Eerlijk gezegd: met het overlopen van veel GL-PvdA-stemmers naar D66, lijkt dat negatieve image geen rol gespeeld te hebben. Een ander gevaar dat ik zag: de fusie zal linkse kiezers ertoe bewegen naar de SP of de Partij voor de Dieren over te stappen. Ook dat effect is niet opgetreden. Integendeel: de SP heeft twee zetels verloren. En de Partij voor de Dieren is gelijk gebleven. Een derde argument tegen de fusie is nog steeds valide: PvdA en GroenLinks hebben verschillende politieke identiteiten, geschiedenissen en electorale potenties. Ontevreden PvdA-kiezers kunnen dan GroenLinks uitwijken, zoals in het verleden ook is gebeurd. Of andersom. Nu doen ze dat naar D66. Een keuzepalet aan linkse partijen, die wel in bij verkiezingen een samenwerking aangaan met het oog op een gezamenlijke machtsvorming, sluit beter aan bij de diversiteit van het linkse en progressieve electoraat. En ook bij kiezers die in het midden zweven.

Links verliest overal?

Een verklaring, die veel wordt gehoord: links verliest overal in Europa terrein en extreem-rechts rukt op. Dat is te simpel. Dat extreem-rechts in een aantal landen (Duitsland, Italië, Frankrijk, Groot-Brittannië, Hongarije, Slowakije, Tsjechië, Roemenië, Nederland)  groeit, cq sterk is, is zonder meer waar, al heeft elk land zijn eigen verhaal. En dat geldt ook voor links. Om enkele voorbeelden te noemen: in Spanje, Denemarken, Groot-Brittannië, Polen, Noorwegen en Frankrijk zijn (centrum)linkse partijen bij jongste verkiezingen de grootste gebleken. En Ierland heeft vorige week nog een socialiste als president gekozen.

Vaak wordt daar de historische ontwikkeling bijgehaald: de val van de muur zou de ontideologisering van links en daarmee het verval bespoedigd hebben en sinds ‘nine eleven’ kwam de multiculturele samenleving, een ‘stokpaardje’ van links, steeds meer ter discussie staan.

Onderstaande grafiek toont een ander verhaal. In 1998, 2006 en 2012 behaalde ‘links’ (PvdA, GroenLinks en SP; Partij voor de Dieren, DENK en Volt laat ik even buiten beschouwing) uitstekende resultaten: resp. 61, 65 en 57 zetels. Dus na het val van de muur (1989) en nine eleven (2001). Die goede resultaten werden behaald met aansprekende lijsttrekkers, zoals Paul Rosenmöller, Wouter Bos, Jan Marijnissen, Diederik Samsom en Jesse Klaver.

Na 2012 is er sprake van verval. Dat komt vooral op het conto van de PvdA die van 38 zetels in 2012 naar 9 zetels duikelde in 2017 en 2021. De samenwerking met de VVD in Rutte II, de afsplitsing van DENK, de bloedige strijd tussen Samsom en Asscher en de weinig aansprekende lijsstrekkers in 2017 (Asscher) en 2021 (Ploumen) verklaren veel voor die neergang.

Uit de grafiek valt nog iets anders op: als het goed gaat met links gaat het slecht met D66. En andersom. Hoewel D66 zich in toenemende mate afficheert als middenpartij, denken de kiezers daar duidelijk anders over.

 Hoe nu verder?

Om electorale redenen zou het verstandig zijn om vol in de oppositie te gaan, onder leiding van een fractievoorzitter die deze oppositierol volledig uitbuit. Zoals de geschiedenis aantoont zal de aanhang van D66, die de partij van hun keuze in een coalitie zien stappen met VVD en JA21, dan smelten als sneeuw voor de zon en voor een groot deel terugvloeien naar links. Omdat de fusie echter vooral is aangejaagd met het argument dat links weer in de regering moet, zal het streven ongetwijfeld gericht zijn om de linkervleugel te zijn van een coalitie in het brede midden. Dat is ook voor D66 van levensbelang, om zo de leegloop naar links bij volgende verkiezingen te voorkomen. Met een VVD die campagne heeft gevoerd met een anti-GL-PvdA sentiment wordt het spannend of zo’n breed middenkabinet er komt. Het vertrek van Timmermans kan voor de VVD een ontsnapping zijn uit het door Yezilgös geïnitieerde, valse cordon sanitaire tegen links.

Dan de fusie. Ad Melkert bepleitte een dag na de verkiezingen bij Pauw en De Wit een pauze in het organisatorische proces dat naar de fusie moet leiden. Een pauze die benut moet worden voor een grondige evaluatie en zelfonderzoek van het dramatische verkiezingsresultaat. Nu is er een forse onderste bureaula te vullen, met name door de PvdA, met evaluaties van verkiezingen. Maar deze specifieke omstandigheden, nl. de voorgenomen fusie, vragen daar wel om. Maar het is tegen dovemensoren gezegd. De gemeenteraadsverkiezingen komen er aan, en in praktisch alle gemeenten (uitgezonderd o.a. Amsterdam, Groningen en Nijmegen) nemen GroenLinks en PvdA met één gezamenlijke lijst deel. Vanuit ‘de basis’ zal er weinig animo bestaan om nu aan de fusie te tornen. En dat geldt ook voor de partijtop. Daags na de verkiezingen ontvingen de 120.000 leden een e-mail brief met peptalk van beide partijvoorzitters: ‘Aanstaande maandag kiest de fractie een nieuwe fractievoorzitter, en zetten we samen de volgende stappen. Want we bouwen door aan onze groeiende beweging. Sinds gisteravond zijn er weer honderden nieuwe leden bij. Dat stemt ons optimistisch voor de komende tijd. Samen gaan we aan de slag voor een geweldig resultaat bij de gemeenteraadsverkiezingen volgend jaar.’

Maoïst Melkert

Melkert bepleitte nog iets anders. Hij leunde op de aanpak van de Noorse sociaaldemocraten, die er in slaagden om na 8 jaar conservatief beleid, in 2021 de verkiezingen te winnen en een minderheidsregering te vormen met een midden-boerenpartij. Die aanpak behelst: voer keukentafelgesprekken en begrijp daardoor wat de behoeften van ‘gewone’ mensen zijn en ga daarmee als linkse partij aan de slag. Dat Melkert zich als Maoïst ontpopt, werd door niemand aan die kletstafel herkend. De massalijn van Mao was immers het evangelie van partijen als de SP. Uit het befaamde Rode Boekje van Mao, strofe 161: ‘Wie zich met de massa wil verbinden moet de behoeften en wensen van de massa volgen. Alle werk ten behoeve van de massa moet uitgaan van de behoeften van de massa, en mag niet uitgaan van particuliere verlangens, hoe goed ook bedoeld.’ Ik schrijf hier nu wat ironisch over, maar in de tijd dat ik in het villadorp Bussum, waar Melkert ook nog enige tijd heeft gewoond, fractieleider was van de PSP (tussen 1978 en 1987) hebben wij die massalijn concreet ingevuld. Simpel gezegd: oppikken in buurten wat leeft, dat samen met de bewoners politiek vertalen en stelselmatig terug rapporteren aan bewoners wat de resultaten zijn. Dat leidde tot de volgende resultaten bij de gemeenteraadsverkiezingen in 1978 (7,8%), 1982 (14,9%) en 1986 (19,2%).

De vraag is natuurlijk hoe dat op nationaal niveau te organiseren. Dat vereist iets wat onmogelijk lijkt: een organisatie en discipline van die 120.000 leden die als een leger uitzwermen om die keukentafels aan de praat te krijgen. En de hamvraag is natuurlijk: wat te doen met ‘particuliere verlangens’ die niet stroken met partij-opvattingen?

Zoiets dus...

Hoe zeer ik het ook anders zou willen: de fusie lijkt een gelopen race. Deelname aan een door de D66 gewenste coalitie is zeer risico-vol. Het leveren van bewindslieden die inhoudelijk én communicatief ijzersterk zijn, is dan een vereiste. Sociale media, je komt er niet onderuit, zullen permanent gebruikt moeten worden met een neusje voor de nieuwste trends. Een Tweede Kamerfractie die zichtbaar functioneert in samenwerking met buitenparlementaire bewegingen en met herkenbare beleidsvoorstellen komt. Eigen communicatiekanalen ontwikkelen om kiezers te bereiken. Werken aan het eigenaarschap op sociaal-economisch gebied. Een betere, pakkende, liefst permanente campagne. Zoiets dus…

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten