Zoeken in deze blog

vrijdag 18 april 2025

Leidt het nieuwe hoofdstuk voor Nederland naar een zeperd?

Onder de nogal zoutloze en richtingloze titel ‘Een nieuw hoofdstuk voor Nederland’ heeft Frans Timmermans zijn visie voor een nieuwe linkse partij op papier gezet. Het is een nogal structuurloos verhaal, waarin programmatische notities over gewenst beleid worden afgewisseld met meer strategische opvattingen over politieke samenwerking en comfort bieden aan de middenklasse.


Timmermans heeft zijn best gedaan om met lenige formuleringen groenlinkse en sociaal-democratische opvattingen aan elkaar te breien, zonder in verkiezingsprogramma-taal te vervallen. Daarbij ligt de nadruk zwaar op sociaal-economische en rechtstatelijke onderwerpen. Over discriminatie en uitsluiting, de positie van vrouwen, culturele verschraling of homofobie wordt weinig tot niets gezegd.

Boetekleed

 Veelbetekenend is dat Timmermans royaal het boetekleed aantrekt: “we zijn maatschappelijke uitdagingen gaan zien als een individuele verantwoordelijkheid, in plaats van een gezamenlijke uitdaging”. “We zijn collectieve voorzieningen als wonen, kinderopvang, de huisarts gaan zien als verhandelbare beleggingsobjecten”. Hij bekritiseert hier zijn eigen PvdA die decennialang de handlanger van de VVD is geweest met het uitverkopen van publieke taken. In zijn visiestuk wemelt het van de, vaak halfzachte, voorstellen om een andere richting in te slaan. Zo moet het profiteursgedrag van private equity aan banden worden gelegd. Ik zou zeggen: verbieden is de effectieve maatregel. Woningbouwverenigingen moeten betaalbare woningen bouwen voor de middenklasse. Starters en mensen met een laag inkomen worden niet genoemd, terwijl voor hen de nood het hoogst is. Timmermans noemt niet de ware oorzaak van de woningnood: de decennialange focus op bevordering van het eigen woningbezit. En benoemt dus niet de maatregelen die deze focus moet keren: afschaffing van de hypotheekrenteaftrek, het wegbelasten van overwinsten bij verkoop, onteigening bij leegstand en oneigenlijk gebruik, en een nieuwbouwprogramma van 100% huurwoningen.

Zijn visie op de gezondheidszorg beperkt zich tot de hoogte van de zorgpremie. Terwijl een radicale ingreep in het private verzekeringsstelsel nodig is: nationalisatie. Dat maakt een eind aan de geldverslindende en bureaucratische uitdijing van de met winstoogmerk opererende ziektekostenverzekeraars.

De mythe van de middenklasse

De kern van de sociaal-economische visie van Timmermans is dat hij een nieuwe verzorgingsstaat wil bouwen om vooral de middenklasse te behagen. Maar ‘de middenklasse’ bestaat niet. Het is een mythe. Vandaar dat een definitie van de middenklasse in zijn verhaal ontbreekt. Want als je analyseert naar inkomen, opleiding, sekse, etniciteit, woonomgeving, religie en culturele identiteit zal blijken dat ‘de middenklasse’ een uiterst gefragmenteerd gezelschap is. Met geheel uiteenlopende, persoonlijke belangen, opvattingen en idealen. Dat geldt overigens ook voor die groepen die zich ‘boven’ dan wel ‘onder’ de middenklasse bevinden. En het is ergerlijk dat Timmermans met name aan de ‘onderklasse’ nauwelijks aandacht besteedt.

Een links programma zal dus nooit ‘de middenklasse’ in zijn geheel aanspreken. Dat moet ook niet het uitgangspunt zijn. Een links programma moest gestoeld zijn op een analyse van de ongelijke machtsverhoudingen die in het reële leven van mensen voorkomen, op het werk, in de woonsituatie, als zorgbehoevende. 

Kapitaal en ideologie

Zo’n analyse heeft de Franse econoom Thomas Piketty (foto) gemaakt in zijn boek ‘Kapitaal en ideologie’. Hij komt tot de conclusie dat die ongelijke machtsverhoudingen het resultaat zijn van een politieke ideologie die is gebaseerd op ‘het absoluut verdedigen van privébezit’. Hij pleit voor ‘een nieuw, participerend socialisme’, ‘een nieuw egalitair perspectief op universele gelijkheid, gebaseerd op sociaal eigendom, onderwijs en het delen van kennis en macht.’ Hij werkt dit verder uit in concrete voorstellen, die het kapitalisme ‘overstijgen’, zoals een machtsdeling in bedrijven tussen arbeid en kapitaal en een progressieve erf-, inkomsten- en vermogensbelasting van 70-90%, waardoor de cumulatie van kapitaal in handen van de rijkste bovenlaag wordt doorbroken, afgeremd en uiteindelijk teniet wordt gedaan.

In het visiestuk van Timmermans ontbreken dergelijke systeem doorbrekende analyses en daarmee samenhangende voorstellen.

Reactionairen en conservatieven

Terecht staat Timmermans ook uitgebreid stil bij de vele bedreigingen van de parlementaire democratie en de rechtstaat, zoals wij die kennen. Hij bestempelt reactionairen als ‘onze absolute tegenpolen’ die een bedreiging vormen voor de democratische rechtstaat en onderscheidt ‘ons’ duidelijk van conservatieven die behoud van de bestaande verhoudingen bepleiten. Hij noemt niet man en paard, maar doelt duidelijk op resp. PVV (reactionairen) en VVD (conservatieven). Hij brengt daarmee bewust een principieel onderscheid aan tussen beide partijen (ongetwijfeld met in het achterhoofd een mogelijke coalitie met de VVD), dat zeer discutabel is. De VVD heeft de weg geplaveid voor de PVV en moet daarop ook afgerekend worden. Zoals vele voorbeelden uit de geschiedenis laten zien is er een gradueel, en geen principieel, verschil tussen reactionairen en conservatieven.

Neoliberale EU

Op het vlak van de internationale politiek laat Timmermans zich kennen als een rechtse sociaaldemocraat. Hij pleit voor een sterke EU, maar laat de neoliberale koerswending die het rapport-Draghi bepleit, met alle ruimte voor multinationals, onbesproken. Hij bepleit een uitstootvrije, elektrische auto-industrie, maar laat de met conflict, uitbuiting en geweld gepaard gaande roofbouw op mens en natuur in o.a. Congo onbesproken. Roofbouw om de materialen te delven die voor de bouw van deze auto’s noodzakelijk is.

Timmermans bepleit solidariteit met Oekraïne en Gaza en herhaalt wat Rutte zo vaak zei: de Oekraïners vechten voor onze vrijheid en veiligheid. Hoe laf is het om Oekraïense jonge mannen en huisvaders voor ónze vrijheid te laten vechten? Als dat écht het geval is, is de steun van het Westen in alles fases van deze oorlog te laat en te weinig. Dan had het Westen vanaf het begin alles moeten geven om de Russen tegen te houden, inclusief boots on the ground, in samenhang met een diplomatiek offensief om Poetin te dwingen zijn waanidee van een groot-Rusland in te slikken.

Dubbelhartig

 Over de Palestijnse kwestie is Timmermans wat dubbelhartig. Hij is noodgedwongen opgeschoven in zijn kritiek op Netanyahu en maakt gewag van  ‘het door mensenrechten gesignaleerde grote risico van genocide door de regering Netanyahu’. Echter in het rapport dat Amnesty International in 2024 uitbracht over de oorlog in Gaza, wordt geconcludeerd dat Israël zich schuldig maakt aan genocide. Het staat zelfs in de (sub)titel van het rapport:  ‘You Feel Like You Are Subhuman’ Israel’s Genocide Against Palestinians In Gaza.

En het Internationale Gerechtshof heeft in diverse vonnissen Israël opgedragen alles te ondernemen ter voorkoming van daden die als genocide kunnen worden beschouwd volgens het Genocideverdrag. Daarmee erkenden zij dat er ten minste een redelijk vermoeden was van genocide of dreiging van genocide en dat de genocidezaak daarom doorgang kon vinden.

Timmermans kan het ook niet opbrengen eraan te herinneren dat Israël al 75 jaar een apartheidsbewind voert, 56 jaar lang Palestijns gebied bezet en 16 jaar lang de Gazastrook blokkeert.

Electorale zeperd in het verschiet

 Uiteraard staat Timmermans ook stil bij de nieuwe linkse volkspartij die er moet komen. Hij heeft gelijk als hij stelt ‘hoe meer linkse en progressieve mensen de krachten bundelen, hoe sterker we staan om de samenleving met onze idealen vorm te geven’. Die brede beweging moet een debatpartij zijn en geen applausmachine. De inzet is om een regering te vormen met sociale en progressieve bondgenoten. Hij wil de hand uitsteken naar partijen ‘in het brede midden, om zo het midden naar links te trekken’. Maar de enige partijen die hij met name noemt zijn GroenLinks en de PvdA. Die moeten opgaan in die linkse volkspartij.

En uitgerekend hierin zit de zwakte van zijn betoog. Een fusie van GroenLinks en PvdA zal de rechter vleugel van de PvdA en de linker vleugel van GroenLinks van die fusiepartij vervreemden. Er is geen enkele strategie of poging andere linkse en progressieve partijen bij het streven naar een krachtenbundeling te betrekken. Dat had kunnen slagen als zo’n bundeling een open eind had gehad. De uiteindelijke vorm had dan afgehangen van de dynamiek die tijdens de gesprekken was ontstaan: een alliantie, stembusakkoord of een gezamenlijk program op hoofdpunten. De fusiepartij die nu dreigt te ontstaan zal er naar mijn inschatting toe leiden dat de SP, de Partij voor de Dieren -en ook D66- zich om electorale redenen juist zullen afzetten tegen GroenLinks-PvdA.  

De linkse fusiepartij, wiens belangrijkste drijfveer is om in de regering te komen, zal zo -door eigen toedoen- gedwongen worden om met het ‘brede midden’ een regering te vormen. Je hoeft geen helderziende te zijn om te voorspellen waar dat toe leidt. Een van compromissen bulkend regeerakkoord en een stevige linkse oppositie. De volgende electorale zeperd ligt dan in het verschiet.

zondag 9 maart 2025

Lonkt GroenLinks-PvdA naar de VVD?

De pressiegroep RoodGroen heeft een nieuwe oproep doen uitgaan om de partijbesturen van GroenLinks en PvdA aan te sporen nú te fuseren. ‘De tijd van praten heeft lang genoeg geduurd. Dit is een tijd van doen’.

Het belangrijkste argument voor deze nieuwe en urgent genoemde oproep is dat de wereld in brand zou staan. De exploderende ongelijkheid tussen arm en rijk en de klimaatverandering worden, zoals eerder in hun oproepen, genoemd, maar Trump en Poetin zijn de nieuwe gamechangers: ‘in deze onzekere tijden weten we niet eens meer of we ons land en continent nog kunnen verdedigen’. Het lijkt een wat opportunistisch argument om de fusie met spoed te bepleiten. Immers, Trump noch Poetin zullen ook maar één seconde wakker liggen van een eventuele fusie van GroenLinks en PvdA.

Het schijnt dat de partijbesturen van PvdA en GroenLinks zich zo laten leiden door deze nieuwe oproep, gretig door de Volkskrant op 7 maart onder de aandacht gebracht, dat ze een besluit voorbereiden voor de PvdA- en GroenLinks congressen op 21 juni om daadwerkelijk tot een fusie te komen. ‘In aanloop naar deze beslissing – en ook daarna – heeft de nieuwe beweging een gezamenlijk, aangescherpte ideologie en programma nodig’ zo schrijft RoodGroen in hun oproep. Die aangescherpte ideologie en dat programma zullen dan vóór 21 juni gereed moeten zijn én gefiatteerd moeten worden door beide congressen, alvorens het fusiebesluit te kunnen nemen. Dat is de logische volgorde, die me echter in het korte tijdsbestek dat rest tot 21 juni onuitvoerbaar lijkt.

 GroenLinks-PvdA met de VVD?

Maar dat zijn natuurlijk bureaucratische argumenten, waar geen kiezer van wakker zal liggen. Waar veel linkse kiezers wél wakker van zullen liggen is de nieuwe dynamiek die lijkt te ontstaan in Den Haag, waarbij VVD en GroenLinks-PvdA elkaar vinden in hun gezamenlijke pleidooi om Oekraïne te blijven steunen. Begrijp me goed, ook ik vind dat dit moet gebeuren. Maar die nieuwe dynamiek zou er toe moeten leiden dat na het spoedige uiteenspatten van het extreem-rechtse kabinet Schoof-Wilders de VVD en GroenLinks-PvdA de kern van een volgend kabinet gaan vormen.

                                                                    Dilan Yeşilgöz

Dát doet vele linkse kiezer gruwen. De VVD, die de loper voor Wilders uitrolde om een racistisch kabinet te krijgen. De VVD, geleid door de leugenaar Dilan Yeşilgöz, een extreem-rechts leeghoofd, die als een grammofoonplaat in de groef blijft steken met oudbakken VVD-lulverhalen, moet juist tot op het bot bestreden worden.

Slinger naar links

Zolang de ideologie, het programma én de electorale strategie van de fusiepartij niet zijn bediscussieerd op een open en interactieve wijze met de leden en vervolgens vastgesteld op een congres, is een fusiebesluit voorbarig. En trouwens ook ongewenst. Het streven naar een brede, linkse samenwerking moet voorop staan. Links en progressief Nederland bestaat uit véél meer dan GroenLinks en PvdA alleen. Door het organiseren en  mobiliseren van dit brede spectrum aan partijen, bewegingen en maatschappelijke organisaties – en vooral de mensen die herin actief zijn – kan de slinger in Nederland naar links bewegen.

zondag 9 februari 2025

Rood Vooruit! naar het midden?

‘De sociaal-democratie, de PvdA, heeft een ideologie, GroenLinks heeft idealen’ zo sloot Ad Melkert, de voorman van Rood Vooruit!, de bijeenkomst van honderd verontruste PvdA’ers af die op zaterdag 8 februari in Utrecht plaatsvond. Deze PvdA-leden willen geen fusie van hun partij met GroenLinks, omdat een fusie de ideologie van de PvdA zou frustreren. Althans, dat maakte ik op uit de opmerkingen die her en der werden gemaakt, want echt uitgewerkt werd die frustratie niet.

Wat wel overduidelijk werd op de bijeenkomst, is dat Rood Vooruit! vooral alle deuren naar het politieke midden wil openhouden. Een opvatting die Timmermans ook huldigt. Maar waarom wordt dit toch zo luid verkondigd in een tijd dat de grootste partij in dat midden – de VVD – dit extreem-rechtse kabinet mogelijk heeft gemaakt?

Geen fusie, wel strategische samenwerking

Met een paar andere GroenLinksers, die lid van de PvdA waren geworden (voor alle duidelijkheid: ik ben dat niet), was ik aanwezig op deze bijeenkomst van Rood Vooruit!, dat zich afficheert als een Platform voor meningsvorming & discussie over de sociaaldemocratie. Volgens de ‘motivatie’ op hun website zijn de supporters van het platform voorstander van nauwe samenwerking met GroenLinks en andere progressieve partijen met behoud van eigen organisatie en identiteit.

Die motivatie wordt ook wat uitgewerkt: ‘Door elkaar aan te vullen kan meer en meer diverse electorale steun worden gemobiliseerd dan wat in een fusiebeweging onvermijdelijk leidt tot een grootste gemene deler waarvan de scherpe kantjes zijn afgevijld. Progressieve partijen staan voor de opgave meer kiezers aan te spreken die hun stem hebben gegeven aan rechts of zijn thuisgebleven. De kans daarop is groter wanneer de Partij van de Arbeid, GroenLinks, D66, Volt, SP, DENK en de Partij voor de Dieren zich richten op hun eigen (potentiële) achterban in combinatie met een inzet op strategische samenwerking.

En aangezien dat overeenkomt met mijn eigen opvatting, was ik naar Utrecht getogen.

Lenige redeneringen

Verrassend was dat Rood Vooruit! een programma presenteerde met sprekers, waarvan een enkeling wel voor een fusie was, zoals de Amsterdamse wethouder Marjolein Moorman, die zich als een volbloed sociaaldemocraat presenteerde. Via enkele lenige redeneringen, waarbij Joop den Uyl als postume getuige werd opgeroepen, maakte ze duidelijk dat GroenLinks en de PvdA op praktische alle beleidsterreinen op hetzelfde spoor zaten. Dat de PvdA natuurlijk ‘woke’ was: had de toenmalige Amsterdamse burgemeester Job Cohen (die zwijgend aanwezig was) immers niet op 1 april 2021 het eerste homohuwelijk ter wereld gesloten? Kritisch was ze op het regeringsverleden van de PvdA, waarin ‘te veel vrij spel werd gegeven aan krachten die we moeten bestrijden’. Ze kreeg een hartelijk applaus, waarbij ik me niet aan de indruk kon onttrekken dat ze meer de harten dan de hoofden van de aanwezige tegenstanders van fusie had geraakt.

Democratisering in het economische domein

Tuur Elzinga, voorzitter van het FNV en voormalig SP-senator, brandde zich niet aan de vraag of hij voor of tegen een fusie was, en evenmin sprak hij zich uit over het conflict in de FNV rondom de komende voorzittersverkiezing. Wel bepleitte hij een vergaande democratisering in het economische domein, om zo de ongebreidelde macht van ‘het geld’ te beteugelen. Hij legde uit waarom een deel van FNV-leden op de PVV stemde, omdat zij zich door ‘links’ verraden voelde. ‘Links’ (hij noemde geen partijnamen, maar doelde ongetwijfeld op de PvdA) beloofde immers ‘meer gelijkheid’, maar er is alleen maar ‘meer ongelijkheid’ gekomen. Dan maar liever op de PVV stemmen die immers ‘meer gelijkheid’ niet belooft.

Elzinga was terecht verheugd over de toegenomen actiebereidheid onder de vakbondsleden en de aanwas van nieuw leden. Hij beklemtoonde dat de kansen voor links zouden stijgen als er meer energie wordt gestoken in het verbinden van mensen om concrete verbeteringen op allerlei terreinen af te dwingen.

Fuseren is capituleren

Schrijfster Nelleke Noordervliet wond er geen doekjes om: ‘De combinatie GroenLinks-PvdA voert een tandeloze oppositie en blijft achter in de peilingen. Als katten in nood sturen die twee partijen nu aan op een fusie. Door het GL-DNA wordt dat typisch de partij van de hoogopgeleide en redelijk welgestelde middenklasse met sociale idealen voor wie een goed bestaan al vanzelfsprekend is. Voor de PvdA is fuseren capituleren.’

Het is een passage uit een column die ze in januari voor het dagblad Trouw had geschreven en in Utrecht voorlas.

Partij van de Aandacht

 Lennart Booij was ooit met Erik van Bruggen de oprichter van Niet Nix, een vernieuwingsbeweging in de PvdA, die van alles wilde vernieuwen, behalve de ingeslagen liberale koers van de PvdA onder premier Kok. Nu presenteerde hij met een PowerPoint opnieuw een soort vernieuwing van de PvdA, onder het motto Partij van de Aandacht. Ik kon daar weinig meer van bakken dan dat het in fluwelen taal programmatisch tussen D66, CDA en de PvdA in zweeft, met als rode draad: veel meer aandacht geven aan al die mensen die om de een of andere reden in onze maatschappij knel zitten. ‘Laten we de zachte krachten van dialoog en samenwerking benutten in plaats van harde verwijten te maken en uit te sluiten. Dat vraagt om eerlijk delen en verdelen, door degelijk financieel beleid met een evenwichtiger economisch model waarin meer ruimte is voor sociaal initiatief. Daar profiteert iedereen van, niet alleen de grote bedrijven of vermogenden.’ Het staat als opinieartikel in de digitaleVolkskrant en de PowerPoint is te vinden op de website van Rood Vooruit!


                                                        Booij presenteert zijn Partij van de Aandacht

Groen kroontje op de rode aardbei

De laatste spreker was oud-partijvoorzitter Ruud Koole, die zich -terecht- ontevreden toonde met de eenzijdige oriëntatie van beide partijen op een fusie, terwijl er zoveel andere samenwerkingsvormen mogelijk zijn. En hij somde er een aantal op: een alliantie, een coalitie, een federatie, en een stembusakkoord. Ook hij hield vast aan de sociaaldemocratische identiteit en een eigen organisatie, als was hij nog wel bereid het voorvoegsel ‘groen’ te accepteren: een groene sociaaldemocraat, zij het in de vorm van een groen kroontje op de rode aardbei. Met deze -toch wel grappige- opmerking kwam die oude arrogantie van de PvdA weer even om de hoek kijken.

Oude wijn in nieuwe zak

Op de bijeenkomst kwam niet aan de orde of en hoe de opvatting (geen fusie, wel links samenwerking) kans van slagen heeft. In beide partijen is immers met een ruime meerderheid per ledenreferendum besloten voort te gaan op de weg die tot fusie leidt. Een weg die op 21 juni, als GroenLinks en PvdA weer een congres houden, opnieuw ter discussie staat. Of er kans is om in deze discussie een koers te verleggen, minder navel te staren en tijd te verliezen aan organisatorische kwesties, maar alle pijlen te richten op het door Wilders gedomineerde kabinet, zal de komende maanden moeten blijken.

Overigens: de bijeenkomst vond plaats in de week waarin Frans Timmermans de partijbesturen opriep om snel met een nieuwe partij te komen. Maar dan wel met Timmermans als lijsttrekker. Terecht is deze actie van alle kanten gehekeld. Niet alleen omdat een nieuwe partij met 0 leden begint. Niet alleen omdat een nieuwe partij, met Timmermans als lijstrekker, niet meer is dan een oude wijn in een nieuwe zak. Maar vooral ook omdat het volstrekt onduidelijk is wat -en hoe- deze partij bijdraagt aan een kansrijke verbreding van links, een organisatie krijgt die mensen activeert en verbindt, én een aansprekende electorale strategie heeft.