Zoeken in deze blog

donderdag 14 november 2024

Frans Timmermans: de olifant in de kamer van GroenLinks-PvdA

Afgelopen zondag (10 november) was er laat op de avond een gesprek op de TV tussen EO-coryfee Tijs van den Brink en Frans Timmermans in de serie Adieu God? Zoals vroeger in het tijdschrift Opzij mannen langs een feministische meetlat werden gelegd, doet Van den Brink dat nu langs een religieuze, zij het op een zeer niet-belerende wijze. Timmermans was in dat gesprek openhartig, eerlijk en innemend – en als dat criteria zouden zijn voor kiezers voor het uitbrengen van hun stem zou Timmermans zeer hoog scoren.


Helaas is de werkelijkheid anders. De meest gluiperige, leugenachtige en cynische politicus van Nederland, de voor haatzaaien veroordeelde politieke crimineel Geert Wilders, leidt de grootste (éénmans)partij van Nederland.

 Losse flodders uit de X-heup

Timmermans zit in een lastige positie. Hij leidt een GroenLinks-PvdA fractie, die in de oppositie zit, tegenover een extreem-rechts kabinet dat door zijn knullig werkwijze, tenenkrommende ministers en een losgeslagen premier met ongefundeerde beleidsvoorstellen komt, die de politieke én media-agenda domineren. Daarbij opgejaagd door Wilders die vanuit zijn X-heup de ene na de andere losse flodder afvuurt. De GroenLinks-fractie, met 25 mensen de grootste oppositiepartij, verkeert onder leiding van Timmermans in de schaduw van dit geweld.

De olifant in de kamer van GroenLinks-PvdA

Dat neemt niet weg, of beter gezegd, dat dwingt er toe, dat de vraag gesteld moet worden: is Frans Timmermans de juiste figuur om ook bij volgende Tweede Kamerverkiezingen de kar van ‘Verenigd Links’ te trekken? In diverse interviews heeft hij aangegeven daar zeker klaar voor te zijn. Maar binnen GroenLinks-PvdA is dat toch de olifant in de kamer. De verkiezingscampagne is niet geëvalueerd, de partijbesturen zijn druk met het samenwerkingsproject, en er zijn geen interne gremia, zoals een partijraad of ledenblad om hierover te discussiëren.

Mijn stellige indruk is dat door de partijbesturen en beide Kamerfracties dit gebrek aan ledeninvloed wordt gekoesterd om een discussie over het leiderschap van Timmermans te vermijden. Terwijl ze donders goed weten dat in beide partijen – en zeker in GroenLinks – op vele plekken kritiek is op hoe Timmermans campagne heeft gevoerd en, eenmaal in de oppositie, op belangrijke onderwerpen als het Israël-Gaza drama heeft geopereerd.

Etiket ‘elitair’

Hier en daar wordt er wel voorzichtig kritiek geuit. Zoals door Simon Otjes onlangs in De Hofvijver, een tijdschrift van het gerenommeerde Montesquieu Instituut. Otjes is universitair docent Nederlandse politiek in Leiden, lid van GroenLinks en columnist van De Helling, het tijdschrift van het Wetenschappelijk Bureau van GroenLinks.

Otjes verwoordt wat al vaak is opgemerkt, nl. dat Timmermans geparachuteerd werd vanuit Brussel en daarmee het moeilijk kwijt te raken etiket ‘elitair’ opgeplakt kreeg. In de campagne richtte hij zich wekenlang op Omtzigt, in de ijdele hoop deze confessioneel naar links te kunnen laten buigen. Daarmee werd een klassieke fout gemaakt, nl. door in de campagne te veel over een eventuele kabinetsdeelname te praten, in plaats van de VVD te bestrijden en de eigen oplossingen over het voetlicht te brengen.

Ongekende capriolen

Tijdens de slepende coalitiebesprekingen was Timmermans lange tijd onzichtbaar, hopend op een breuk, waarna hij het zou mogen proberen. Tot onbegrip van velen in GroenLinks die een felle toon verwachtten tegen het nadere onheil van een extreem-rechts kabinet. En als hij zich soms uitsprak was dat volgens Otjes onvoorspelbaar. ‘Een voorbeeld: op 17 september zei Timmermans tegen de NOS dat hij zich kon vinden in de ambitie van het kabinet om asiel “strenger, sneller en soberder” te maken en tegen BNR dat met het verder versoberen van de asielopvang Nederland door een “menselijke ondergrens” zou zakken.’

Tijdens het belachelijke debat over de regeringsverklaring, begin juli, bleef Timmermans te veel aan zijn zetel kleven, terwijl D66, SP en zelfs het CDA de ongekende capriolen van Schoof cs. aan de kaak stelden.

Gewelddadig en dehumaniserend

De meeste oproer in GroenLinks ontstond over de opvattingen van Timmermans inzake de bloedige aanval van Hamas en de daarop volgende, nu al ruim een jaar durende genocide door Israël in Gaza. In zijn eerste reactie – en dat geldt ook voor zijn reactie verleden week op de Maccabi-rellen in Amsterdam – ontbrak elke verwijzing naar het gewelddadige, dehumaniserende optreden van de staat Israël tegen de Palestijnen.


                  Soldaten met een Maccabi Tel Aviv sjaal trots voor verwoeste huizen in Gaza

In het verkiezingsprogramma van GroenLinks-PvdA, waarop hij gekozen is, staat een waslijst van maatregelen die getroffen moeten worden om Israël te beteugelen, zoals het opschorten van het EU-verdrag met Israël, het ontmantelen van de illegale nederzettingen en het stopzetten van de militaire samenwerking. In het programma wordt Israël gehekeld, omdat Israël mensenrechten schendt, VN-resoluties aan zijn laars lapt en een onafhankelijke Palestijnse staat onmogelijk maakt.

Maar niets daarvan klinkt door in de eerste reacties van Timmermans.

Feitenrelaas

Op 8 november geeft Timmermans een verklaring uit waarin hij, zonder de feiten te kennen, de rellen in Amsterdam in een antisemitisch frame zet. Na veel kritiek hierop, met name op het meestal rustige en genuanceerde LinkedIn, komt hij op 11 november met een tweede verklaring onder de kop Geen olie op het vuur. Dat zijn eerste verklaring daar ook aan heeft bijgedragen, vermeldt hij niet. Wel benoemt hij in deze verklaring zuinigjes ‘dat een deel van de harde kern van de supporters van Maccabi Tel Aviv zich ernstig heeft misdragen’. En hij wil een debat met het kabinet ‘zodra we beschikken over een feitenrelaas’. Nog afgezien van de vraag of zo’n feitenrelaas van dit kabinet, immers een fanclub van Israël, betrouwbaar is, had Timmermans al in zijn eerste verklaring de werkelijke aanleiding van de rellen moeten benoemen: de genocide in Gaza.

Kamerdebat

 Ook in het Tweede Kamerdebat van 13 november opereerde Timmermans onevenwichtig. Hij ging een eind mee in de zeer eenzijdige, pro-Israël analyses die (extreem)rechts maakte van het gebeuren in Amsterdam, daarbij stelselmatig het antisemitische karakter benadrukkend. Terwijl het, inderdaad af te keuren geweld, zich richtte op de (Israëlische) Maccabi Tel Aviv hooligans, die het geweld in Gaza verheerlijkten en vernielingen aanrichtten. Volgens hooligans-kenner James Montague staan deze hooligans bekend als racistisch en ultranationalistisch.

Timmermans liet in zijn bijdrage in eerste termijn de genocide in Gaza door de Israëlische staat onbenoemd. Pas in een interruptiedebatje met SGP’er Stoffer, waagde hij het in één halfslachtige zin de situatie in Gaza te benoemen.

Terwijl het toch overduidelijk is dat de genocide in Gaza, gesteund door het kabinet Schoof, de verklaring is voor de gewelddadigheden in Amsterdam. En had dus voorkomen moeten worden door de 'supporters' van Maccabi Tel Aviv in Israël te laten. Een gebruikelijk maatregel bij risicowedstrijden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten